Waarom zijn batterijen nog steeds zo kut? Het is een vraag die ons dagelijks bezighoudt als we aan het eind van de middag de eerste melding krijgen van onze smartphone-accu. “Batterijlading kritiek”, iets in die trant. Waarom kan zoiets het einde van de dag niet halen? Diezelfde vraag stelde ook de website Motherboard, van Vice, in een artikel met de toepasselijk kop: “Waarom zijn batterijen nog steeds zo kut?” Maar…zijn ze dat wel?
In het artikel schetst Alejandro Tauber een droevig beeld. Sinds de jaren ’90 zijn de accu’s in onze gadgets nauwelijks vooruitgegaan. En hoe hard wetenschappers er ook op los wetenschappen, vooruitgang zit er niet echt in. Met de huidige kennis is het lastig om de Lithium-accu’s heel veel efficiënter te maken – de rek is er echt wel uit, stelt Tauber. De journalist heeft voor het stuk met een wetenschapper gesproken, dus hij weet dat. Het artikel biedt veel zinnige uitleg over de technologie van huidige accu’s, maar besluit uiteindelijk met: “je hoeft niet te verwachten dat je batterij de komende tijd aanzienlijk gaat verbeteren.”
Tauber heeft gelijk. En toch ook totaal niet. Om zijn punt te maken begint de beste man het artikel met bovenstaand grafiekje. Daarin is te zien hoe de capaciteit van allerlei gerelateerde technologieën exponentieel is toegenomen. Alleen de capaciteit van accu’s in onze gadgets blijft een beetje lafjes tegen de onderkant aanhangen. Dat is jammer: het zou natuurlijk mooi zijn als de energie in accu’s net zo expontentieel mee groeit. Maar uiteindelijk is die hele grafiek totaal niet relevant. Om twee redenen.
Van Nokia’s met weken standbytijd…
Ten eerste komen de gegevens uit het jaar kruik. Kijk zelf maar eens. In 2003 houdt de grafiek er mee op. Dat is meer dan 10 jaar terug, het oude testament van mobiele technologie. In 2003 bestond de smartphonewereld uit toestellen als de Nokia 9210 Communicator. Een stukje high-tech met 52Mhz processor, 16MB aan opslag en 16MB aan geheugen in een slanke behuizing van 2,7 centimeter dik. Het best verkopende mobieltje van dat jaar was de Nokia 1100, om maar wat te noemen.
Nu denken we nog wel eens met weemoed terug aan de tijd van de Nokia 1100 – het toestel kon op een accu van 850mAh een goede 400 uur standby staan. Dat is 16 dagen! Die twee weken redde je nooit natuurlijk. Je stuurde regelmatig een sms’je, belde nog wel eens, speelde een potje snake, liep af en toe te kutten met je ringtones en….nouja, dat was het wel. Daarmee bleef de baksteen dus bij normaal gebruik zo’n week functioneren. Moet je nu eens om komen.
Maar laten we nog eens een vergelijking trekken. Ging je met een volle accu van de Nokia 1100 bellen, dan was je na 4,5 uur wel klaar. Doe je datzelfde met de Samsung Galaxy S5 (over 3G) en zijn volle 2300 mAh accu dan kun je een goede 21 uur blijven lullen. Dezelfde handeling met beide apparaten kan tegenwoordig 40 procent efficiënter. Pure winst.
…naar je Samsung die na een dag leeg is
Maar wie belt er tegenwoordig nou nog? Met een moderne smartphone doen we nét iets meer dan bellen, sms’en en snaken. We Hangouten, Browsen, Twitteren, mailen, Tinderen, Gamen, Spotifyen, Instagrammen, Snapchatten, Whatsappen, Skypen, bekijken het weer en Youtuben. En dan zijn we ons bed nog niet eens uit. Daarna tellen we onze stappen, pushen onze meldingen, meten onze hartslag. We streamen, plannen, Slacken, Facebooken, Flipboarden, Flitsmeisteren, en Flappy Birden in 16 miljoen kleuren en zelfs in Full of Quad HD resolutie. Kortom: als je bovenstaande grafiek nog eens zou maken, maar dan de accucapaciteit zou vervangen door aantal handelingen dat we op één acculading uitvoeren, dan zou het er best eens zo uit kunnen zien:
En daar blijft ook niet bij. We zitten op de weg terug, wat betreft accuduur. De trend van veel te dunne smartphones is voorbij, accu’s beginnen de aandacht te krijgen die ze verdienen. Nieuwe mobiele processoren worden tegenwoordig verkocht met kreten als “XX procent zuiniger!“. Nieuwe beeldschermtechnologiën hebben geen energievretende backlights meer nodig. Fabrikanten implementeren standaard power-save-modi in hun toestellen die de accuduur aanzienlijk kunnen verlengen of je installeert zelf een app die een deel van de pixels van je beeldscherm uitschakelt om zo ongemerkt te besparen. En mochten smartwatches ooit de moeite waard worden, dan zullen die veel werk van smartphones overnemen en zo de accu sparen.
En dan hebben we het alleen nog maar over smartphones, maar kijk eens naar laptops. Ik sjouwde me vroeger een breuk aan een kolos van een laptop met een fractie van de rekenkracht, die na 20 minuten al begon te jengelen over een lege batterij. Tegenwoordig gebeurt het regelmatig dat ik een paar uur video’s monteer op een slanke ultrabook, en pas daarna ontdekt dat de oplader er uit ligt. Accu’s mogen dan wel nauwelijks verbeteren, de technologie die die accu’s gebruikt wordt wel steeds beter en de software steeds handiger.
Dat komt uiteindelijk op hetzelfde neer: je doet meer op één acculading. En daar gaat het om.
Hele avond zuipen
In het artikel op Vice wordt een treffende vergelijking tussen de accucapaciteit en een glas bier getrokken. “Niemand wil minder bier, maar iedereen wil wel steeds kleinere glazen met meer bier.” Dat geeft aan wat het probleem is bij het vergroten van de accucapaciteit: het is fysiek nagenoeg onmogelijk want als het glas kleiner wordt, kan er automatisch minder bier in. Punt is alleen: we willen niet meer bier in kleinere glazen. We willen gewoon de hele avond zuipen. Of dat nu gebeurt omdat de barkeeper ons bijvult zodra we even zijn gaan pissen, of omdat met natuurkundige wetten worden gebroken: boeien. Wat er ook gebeurt, zolang ons glas vol blijft hoor je ons niet klagen. Daar gaat het om.