Site pictogram Draadbreuk.nl

Techjournalisten bij perstrips: 4 dingen die opvallen

Draadbreuk wordt haast wekelijks uitgenodigd voor een persevent, conferentie of beurs. En omdat we alles willen volgen, gaan we negen van de tien keer op de uitnodiging in. Maar als we dan eenmaal in Parijs, Rome of Seoul zijn, dan gelden er wetten. Onuitgesproken stelregels. Over het gedrag van het journaille, welteverstaan. Draadbreuk doet wat niemand ooit deed: een boekje open over techjournalisten tijdens perstrips.

1. Nederlanders hangen het langst aan de bar

“Over drinken wordt veel kwaad gesproken, maar het helpt wel even” – Simon Carmiggelt

Er wordt gezegd dat Engelsen veel drinken. Er wordt gezegd dat de Belgen wel van een biertje houden. Niets blijkt minder waar. Wij Hollanders zijn degene die tijdens een perstripje het diepst in het glaasje kijken.
We gaan hier geen namen noemen, maar er zijn verhalen over techjournalisten die in taxi’s op weg naar het vliegveld eventjes een klein barfje deden, omdat er de avond ervoor in een dubieuze club net iets teveel drankjes waren gedaan.

Tijdens een andere trip, georganiseerd door een Zuid-Koreaanse fabrikant werd van te voren gesteld: ‘what happens in <place X> stays in <place X>’. En tijdens een drankgelag in Nice deden de Spanjaarden bij een Panasonic-event onder foute muziek een aardige poging, maar waren het de kaaskoppen die ze uiteindelijk onder de tafel dronken.

Kortom: we lusten ‘m wel, met z’n allen.

Officieel kun je ons onderzoek niet noemen, grondig wel. We hebben serieus uren overlegd of we een perstrip kunnen herinneren waar we -wij Nederlanders, natuurlijk – niet het licht uitdeden. Het antwoord is ‘nee’. Soms blijft er een verdwaalde buitenlander over. Een aardig uitziende maar beschonken overzeese PR-dame (Samsung) of een Belg die opeens heel erg belangrijk blijkt te zijn (Panasonic), maar dat mag eigenlijk geen naam hebben.

Er was slechts een avontuur waarbij het redelijk beschaafd bleef. Bij de lancering van de Olympus OM-D deed iedereen het rustig aan. Dat was overigens niet omdat er geen behoefte aan een drankgelag was, maar omdat de eventlocatie zo ver buiten een stad lag dat een gintonicje simpelweg niet tot de opties behoorde. Het waren voor Draadbreuk.nl en een collega van DigiFotoPro erg ongemakkelijke minuten toen we in een praktisch lege hotelbar een halve liter bier bestelde…

 Photo credits
Man on Bar: ~! via photopin cc
Man with mustache and bow: Dr Snafu via photopin cc
Laptops from the year zero: a.has via photopin cc
Wondering baby: jrishel via photopin cc


Draadbreuk wordt haast wekelijks uitgenodigd voor een persevent, conferentie of beurs. En omdat we alles willen volgen, gaan we negen van de tien keer op de uitnodiging in. Maar als we dan eenmaal in Parijs, Rome of Seoul zijn, dan gelden er wetten. Onuitgesproken stelregels. Over het gedrag van het journaille, welteverstaan. Draadbreuk doet wat niemand ooit deed: een boekje open over techjournalisten tijdens perstrips.

2. Nederlanders dragen tenminste wat fatsoenlijks

“The soul of this man is in his clothes” – William Shakespeare

Wij zijn bij Draadbreuk absoluut geen fashionista’s. Geef ons een zwart v-halsje, spijkerbroek en een paar Allstars en we zijn tevreden. En bij iets officieel trekken we een gestreken overhemd en nette schoenen aan. Maar zelfs zo’n eenvoudige Wim Kieft-achtige look lijkt alsof Addy van den Krommenacker het bedacht kan hebben, als je het vergelijkt met de vodden die Denen, Russen en Polen dragen. Maar echt. De gemiddelde Pool ziet eruit alsof hij in 1950 voor het laatst de Primark in is geweest en daar in de grabbelbak zijn outfit bij elkaar heeft gezocht.

Dan zijn er Belgen. Die kopen weliswaar overhemden, maar die lijken structureel te groot. En zijn overigens structureel pastel van kleur, want laten we wel wezen: zalmroze was in 2005 toch ontzettend hip en happening.

Duitsers doen wel hun best er redelijk uit te zien. Althans, als je vindt dat een C&A-pak er redelijk uitziet, that is.

Kleine disclaimert: @RonnoSmeets – immer getooid in een zwart t-shirt met net iets te groot MobileCowboys-logo – en Daniel ‘computernerd t-shirt’ Verlaan zijn uitzondering op de regel. En het is dat Arnoud Wokke tegenwoordig de nieuwsredactie van Tweakers bestiert en we ‘m daarom wat minder vaak zien, anders had hij ons fashion-gehalte ook danig omlaag getrokken.

Oh, en waarom moeten techjournalisten altijd stinken? Er is ook deodorant in mini-vorm, gasten. Vooral een tip aan de Duitsers, overigens.

 Photo credits
Man on Bar: ~! via photopin cc
Man with mustache and bow: Dr Snafu via photopin cc
Laptops from the year zero: a.has via photopin cc
Wondering baby: jrishel via photopin cc


Draadbreuk wordt haast wekelijks uitgenodigd voor een persevent, conferentie of beurs. En omdat we alles willen volgen, gaan we negen van de tien keer op de uitnodiging in. Maar als we dan eenmaal in Parijs, Rome of Seoul zijn, dan gelden er wetten. Onuitgesproken stelregels. Over het gedrag van het journaille, welteverstaan. Draadbreuk doet wat niemand ooit deed: een boekje open over techjournalisten tijdens perstrips.

3. Zonder embargo ben je nergens

“Het verschil tussen journalistiek en literatuur is, dat journalistiek onleesbaar is en literatuur niet wordt gelezen” – Oscar Wilde.

Nog voor een persconferentie is afgelopen, is de Vierde Macht al druk aan te tikken op zijn Macbook Air. In de race om ‘ik wil de eerste met het nieuws zijn’ lijkt in de techjournalistiek daadwerkelijke relevantie allang niet meer van belang. Publiceer als eerste dat Samsung met een Galaxy S6 komt en je bent spekkoper, dankzij Google News. Gevolg: een hoop slechtgeschreven bullcrap en -vooral- ‘later meer’ als basis van een nieuwsbericht.

Om dat toch een beetje tegen te gaan, zijn sommige fabrikanten zo vriendelijk van te voren alvast een persberichtje te sturen. Meestal in het Engels en met een hoop disclaimers en roodgedrukte ‘Embargo’-stempels. Dat is niet alleen handig voor journalisten op zoek naar wat duiding, maar ook voor luie types die zich niet te druk willen maken. Zetten ze alvast een berichtje klaar en kunnen ze schaamteloos gapend naar het Chinees-Engels van een ceo kijken.

PortableGear doet dat, bijvoorbeeld. Niet erg, wel interessant. Vooral omdat er mede daarom meer dan eens ‘Deze telefoon heeft 00 x 00 xx 00 afmetingen en weegt .. gram ‘ in artikelen staat. Of artikelen: automatisch gegenereerde teksten op basis van wat specificaties. En als van een gemiddelde smartphone (nog) niet het formaat en gewicht bekend is, dan kan een computertje daar ook geen leuk zinnetje van maken.

Misschien dat Google dat fijne teksten vindt, een gemiddelde lezer niet. Wel benieuwd hoe PortableGear die teksten precies maakt.

 Photo credits
Man on Bar: ~! via photopin cc
Man with mustache and bow: Dr Snafu via photopin cc
Laptops from the year zero: a.has via photopin cc
Wondering baby: jrishel via photopin cc


Draadbreuk wordt haast wekelijks uitgenodigd voor een persevent, conferentie of beurs. En omdat we alles willen volgen, gaan we negen van de tien keer op de uitnodiging in. Maar als we dan eenmaal in Parijs, Rome of Seoul zijn, dan gelden er wetten. Onuitgesproken stelregels. Over het gedrag van het journaille, welteverstaan. Draadbreuk doet wat niemand ooit deed: een boekje open over techjournalisten tijdens perstrips.

4. Vragen staat vrij

“Niemand weet waarom de dag weer nacht wordt” – Xander de Buisonjé.

Het leuke aan internationale persevents is het feit dat je eindelijk de mogelijkheid krijgt om te praten met mensen die er echt toe doen. Niets ten nadele van de Nederlandse pr dames- en heren, maar veel meer dan het oplullen van een door hen zelf gemaakt persbericht kunnen of durven ze niet. Vraag aan een gemiddelde Nederlandse HTC-medewerker of de HTC One M8 er ook misschien in het pimpelpaars komt en ze worden lijkbleek. Dat durf je toch niet te vragen?

Organiseert de Europese tak van een merk echter een congres of persconferentie, dan kun je altijd wel even een head-of-design of productontwikkelaar aan de tand voelen. En dat levert leuke content op. Of het nu gaat om Android-camera’s, een zinloze Google Glass of Nexus-telefoons – er is altijd een berichtje te tikken.

Met andere woorden: er valt altijd wel iets te halen. Zou je denken. Gek genoeg is het bij menig Q&A vaak muisstil. Na obligate vragen als ‘wanneer is het model beschikbaar’ en ‘is er al een Nederlandse prijs bekend’ is het wel gedaan met de interesse van een gemiddelde techy. Het levert een stilte op die langer lijkt te duren dan een gemiddelde treinrit naar Groningen, wat toch om en nabij Denemarken ligt.

Op dit vlak doen we het als Hollanders nog niet eens zo heel slecht. Belgen hoor je nooit. Maar echt. He-le-maal nooit. Ooit waren we een weekje naar Korea en aan het einde van de trip kwamen we erachter dat er ook Belgen met het clubje mee waren. Oekraieners zitten vaak stoicjins op hun Dell-laptop te werken en Fransen kunnen te slecht Engels om überhaupt iets te zeggen, laat staan vragen.

In december was een trip met Samsung uiterst vervreemdend, omdat op een Italiaan en een Deen na niemand wat vroeg tijdens een Q&A. Aangezien wij wel wat wilden weten stelden we 5 vragen achter elkaar.

Het mooiste is overigens als een techjournalist een vraag stelt en daar zelf het antwoord in verwerkt. ‘Jullie kunnen hier geen antwoord op geven, maar het is toch opmerkelijk dat…’ Iets waar smartphone-know-it-all Danjiel Dercksen van Allaboutphones een handje van heeft.

Vreemd genoeg lees je van al die vragen soms maar heel weinig terug. Of dat erg is, is een tweede. Zo heel interessant zijn ze ook niet altijd.

 Foto-credits
Man op Bar: ~! via photopin cc
Man met snor en strik: Dr Snafu via photopin cc
Laptops uit het jaar nul: a.has via photopin cc
Baby die zich wel wat afvraagt: jrishel via photopin cc
Mobiele versie afsluiten