Soms haat ik mezelf. Nu is dat het geval. Want ik las een twitterberichtje die een der Draadbreuk-collegae had verstuurd: Rope Jumper, een bizarre Flappy Bird-variant, niet installeren. Ik herhaal: niet installeren #wegvrijetijd. Als er staat dat ik iets niet moet doen, dan doe ik het toch. En daar heb ik nu spijt van.
Want Rope Jumper is misschien wel het allerstomste spelletje ooit. Er is geen hol aan. Het heeft nog lelijkere graphics dan Pong en slechtere soundeffects als televisieserie The A-Team. En met welgeteld een functie – over een touwtje springen – is het meer zaaddodend dan Wendy van Dijk die de zevenhonderddrieenveertigste versie van Ushi speelt.
Rope Jumper is niet goed voor me
Maar waarom blijf ik dan spelen? WAAROM? Omdat ik verdomme niet verder kom dan 15 magere punten. En dat is zo’n gênant lage score, daar wil ik gewoon niet mee gezien worden. Wanneer ik in plaats van 1, opeens 2 touwtjes moet gaan springen dan raak ik in de war. Gaat het niet goed in mijn hoofd. “Ik ben maar een man, ik kan een ding tegelijk en zelfs dat is al moeilijk voor mij”, zong Lange Frans ooit. Hij heeft gelijk. Mijn vingerskills beperken zich tot een gevoelig plekje, niet twee.
Ik vind het een k*tspel. Sorry.
Rope Jumper kun je downloaden voor Android. Doe het vooral niet. Heeft mijn Twittercollega toch gelijk.