Terwijl veel Nederlanders de koffers pakken voor de meivakantie of alvast dromen van zonnige zomerdagen, geldt dat niet voor iedereen. Uit onderzoek van Evisumservice.nl, een bemiddelaar voor visumaanvragen, onder 1250 Nederlanders blijkt namelijk dat één op de zeven zelden of zelfs nooit op vakantie gaat.
Volgens het onderzoek geeft ruim acht procent van de ondervraagden aan zelden op vakantie te gaan, terwijl meer dan zes procent zelfs nog nooit de koffers heeft gepakt. Opvallend: vakantie lijkt vaker aan mannen besteed dan aan vrouwen. Van de mannen zegt 56 procent meerdere keren per jaar op reis te gaan, tegen 46 procent van de vrouwen. Daarnaast blijft ruim een op de zes vrouwen vaker thuis, tegenover minder dan een op de acht mannen.
Ook bij de ouderen is de reislust niet vanzelfsprekend. Meer dan tien procent van de zeventigplussers gaat nooit op vakantie, en nog eens twaalf procent reist slechts zelden. Bij jongere generaties ligt dat duidelijk anders: zo’n 85 procent van de twintigers en dertigers gaat minstens één keer per jaar op vakantie, en vaak zelfs vaker.
Dat vakanties voor veel Nederlanders niet vanzelfsprekend zijn, blijkt ook uit andere cijfers. Zo zet bijna de helft van de Nederlanders hun vakantiegeld liever op de spaarrekening, zo blijkt uit aanvullend onderzoek van Markteffect. Mattijs Wijnmalen van Evisumservice.nl legt uit: “Voor veel mensen is een vakantie financieel simpelweg niet haalbaar, of ze houden het geld liever achter de hand voor onverwachte kosten.”
Voor degenen die wél op reis gaan, zijn de vakanties er de laatste jaren overigens niet goedkoper op geworden. De gemiddelde uitgaven per vakantie stegen van 1485 euro in 2017 naar 1904 euro in 2023 — een stijging van zo’n 30 procent in zes jaar tijd. Dat bedrag stond in 2023 gelijk aan ongeveer driekwart van een modaal netto maandsalaris. De cijfers over 2024 zijn nog niet bekend.
