In de nieuwe Apple TV+-serie The Studio neemt Seth Rogen, samen met zijn vaste partner Evan Goldberg, de Amerikaanse filmindustrie genadeloos op de hak. De tiendelige komedie laat zien hoe een oprechte filmliefhebber verandert in een zenuwslopende studiobaas die verstrikt raakt tussen artistieke ambities en keiharde commercie. Wat volgt is een geestige, maar ook bij vlagen pijnlijke blik achter de schermen van Hollywood.
Rogen speelt Matt Remick, een nerdy producent die plots wordt benoemd tot hoofd van de fictieve Continental Studios. Wat begint met grootse dromen – samenwerken met Martin Scorsese! – ontaardt al snel in catastrofes. Zo weet Matt de regisseur aanvankelijk te verleiden tot een samenwerking door zijn drama over Jonestown ‘Kool-Aid’ te noemen, maar dat loopt uiteraard rampzalig af.
Ondertussen moet hij frisdrankcontracten, marketingdeals en egotrippende sterren managen. Dat hij dat niet bepaald met succes doet, mag geen verrassing heten.
Volgens de Volkskrant brengen Rogen en Goldberg met The Studio “een scherpe satire” die verrassend veel Hollywoodsterren – van Bryan Cranston tot Zoë Kravitz – bereid kreeg zichzelf op de hak te nemen. VPRO Cinema noemt het “een van de grappigste nieuwe comedyseries in tijden”, met een script dat filmliefde naadloos verweeft met vlijmscherpe ironie over de absurditeiten van de industrie. De Filmkrant prijst vooral de vorm: elke aflevering hanteert een andere stijl, van screwball-komedie tot neonoir, en weet “de leegte van de studiomanagers” visueel net zo goed te vangen als inhoudelijk.

Wat The Studio onderscheidt van eerdere pogingen tot satire – denk aan het recente The Franchise, dat volgens VPRO Cinema al snel verzandde in flauwigheid – is dat het voorbij het cynisme ook echte melancholie toont. De serie laat zien hoe de gloriedagen van tastbare filmsets en artistieke visie zijn vervangen door eindeloze marketingvergaderingen, green screens en influencers die de plaats innemen van filmcritici.
Of zoals De Filmkrant het verwoordt: “Een vreugdevuur van ijdelheden, waarin ondertussen iets essentieels verloren is gegaan.” Met zijn slimme structuur, sterrenparade, visuele flair en constante balans tussen satire en liefdevolle kritiek, weet The Studio het zeldzame te doen: lachen om Hollywood, zonder het uit het oog te verliezen waarom het ooit betoverde.