Algemeen Audio

Spotify draait verlies, en eigenlijk maakt dat niet uit

Paul Gersen
On 1 september 2013

Spotify maakt verlies, en niet zo’n beetje ook. En dat vind het bedrijf helemaal niet erg. Draadbreuk legt uit waarom.

Als het om muziek luisteren gaat, ben ik eigenlijk gewoon een ouwe lul: het liefst zet ik nog een cd’tje op, of zelfs een ouderwetse lp. Maar Spotify heb ik ook al een paar jaar omarmd. Het feit dat je toegang hebt tot ongeveer alle muziek ter wereld en het feit dat je onderweg niet hoeft te sjouwen met al die zilveren schijfjes, is toch wel ideaal. En blijkbaar ben ik niet de enige die er zo over denkt: momenteel hebben 24 miljoen mensen een account, waarvan ongeveer een kwart betaalt.

En toch maakt de online streaming-dienst verlies, en niet zo’n beetje ook. Vorig jaar moest er 58,7 miljoen euro bij. Daar kun je, in voetbaltermen, bijna een goede spelmaker als Neymar van kopen. Bij een beetje bedrijf zouden bij dat soort cijfers meteen de alarmbellen gaan rinkelen. Moeten we bang zijn voor het voortbestaan van Spotify, is er geen toekomst voor betaald muziek streamen en zitten we bij gebrek aan beter binnenkort weer allemaal via torrentsites muziek te downloaden?

Een LP.
Een soort frisbee met aerodynamische groeven.

Goudmijn

Nee, zover gaat het niet komen. En bij Spotify zullen ze waarschijnlijk de schouders ophalen voor de laatste cijfers. Want ook al is het in deze moeilijke economische tijden natuurlijk vreemd dat er bij een bedrijf zulke grote bedragen in rook opgaan, de mensen bij de online muziekdienst weten verschrikkelijk goed waar ze mee bezig zijn. Want nu mag het geld misschien met bakken tegelijk uitvliegen, stiekem zit het bedrijf op een goudmijn.

YouTube

De situatie rond Spotify doet een beetje denken aan die van YouTube in 2009. Toen al kwamen er maandelijks 345 miljoen naar de website om filmpjes te kijken en video’s te uploaden. Een enorm aantal natuurlijk, maar Youtube stond toen wel een paar honderd miljoen in de min. Bij moederbedrijf Google, dat een paar jaar ervoor de website nog had overgenomen voor een slordige 1,7 miljard (bijna dertig Neymars), zagen ze het bedrag, keken ze uit het raam en namen ze nog een kopje koffie: zo weinig interesseerde het ze. Daar wisten de beleidsbepalers dat het misschien even duurde voordat de videosite zelf geld zou opleveren, maar ook dat er op een andere manier keiharde poet gemaakt ging worden: aan informatie over gebruikers. Want door filmpjes te bekijken op YouTube, weet Google precies waar je interesses liggen en daar kunnen ze veel advertenties op verkopen. We zijn inmiddels een aantal jaar verder nu maakt YouTube zelf ook winst. Kan ook bijna niet anders natuurlijk, met vier miljard views per dag. En inmiddels hebben de vijftig grootste adverteerders de website ook gevonden en zorgen zij voor een *kuch* leuk zakcentje.

Vette producten en aanbiedingen

Ook Spotify is flink data aan het verzamelen. Als gebruiker geef je netjes aan wat je favoriete muziek is en waarschijnlijk heb je ook je Facebook-account aan je profiel gekoppeld. Die combinatie beval allemaal leuke informatie voor potentiële adverteerders. Die staan in de rij om jou met vette producten en aanbiedingen te verrassen. Jou en miljoenen anderen.

Groeien als kool

En daar is de tweede voorwaarde om het verlies van nu te rechtvaardigen. Spotify heeft nu 24 miljoen gebruikers, waarvan er zes miljoen betalen. Dat is al een aardig aantal, maar nog niet genoeg om de grootste potten te breken. Gelukkig voor het bedrijf groeit dat aantal als kool. Om je een idee te geven. In de eerste drie maanden van dit jaar kwamen er één miljoen nieuwe betalende bezoekers bij.

Dikke kudo’s

En hoe meer mensen het gebruiken, hoe interessanter je wordt voor bedrijven om te adverteren, zeker als je ook nog eens alles over ze weet. Zie hier de potentie van Spotify. Het is dan ook niet vreemd dat er voor honderden miljoenen aan geld tijdens verschillende investeringsrondes in de online muziekdienst is gestoken. Spotify is misschien nog niet winstgevend, maar wel hip en vol kansen. Het bedrijf mikt nu vooral op groei, niet op rondkomen. Zij weten ook wel: zolang er meer mensen ons blijven gebruiken, des te sneller komen de kudo’s vanzelf binnen.