De Europese Commissie heeft nieuwe richtlijnen gepubliceerd die precies laten zien welke AI-streken straks écht verboden zijn: emotiecamera’s op de werkvloer, sociale-score-apps en gulzig internetschrapen voor gezichtsdatabanken verdwijnen in de prullenbak. De timing is spannend, want over twee maanden kan Brussel boetes tot 35 miljoen euro uitdelen aan overtreders, dat schrijft de Financial Times.
De AI Act verscheen op 12 juli 2024 in het Publicatieblad en werd twintig dagen later van kracht. Zes maanden daarna—op 2 februari 2025—giechelden de ‘onaanvaardbare’ praktijken uit, tegelijk met een plicht tot basale AI-geletterdheid op de werkvloer. Komende 2 augustus volgt de volgende hobbel: alle generieke AI-modellen, van chatbots tot muziekgeneratoren, moeten transparanter zijn en een risicoanalyse doorstaan. Wie dwarsligt riskeert 7 procent van de wereldwijde omzet of 35 miljoen euro, afhankelijk van wat hoger uitvalt.
Voor gadgetliefhebbers betekent dit dat je slimme spiegel voortaan netjes uitlegt waar je gezichtsscans blijven, en dat je koelkast geen ‘blije-korting’ meer mag aanbieden op basis van je ochtendhumeur. Ook het vroege stempel ‘potentieel overlastgevend’ dankzij voorspellende politietools verdwijnt: predictive policing zonder solide onderbouwing is verboden.
Niet iedereen juicht. Washington mopperde via president Trump dat de Brusselse strengheid “Amerikaanse innovatie wurgt”, terwijl Big Tech driftig lobbyt. EU-onderhandelaar Dragos Tudorache blijft onverstoorbaar: “The EU is the first in the world to set in place robust regulation on AI, guiding its development and evolution in a human-centric direction,” zei hij eerder.
Fabrikanten hebben nog zestig dagen om handleidingen te herschrijven, datasets te poetsen en hun apparaten van een bescheiden ‘AI inside’-sticker te voorzien. Voor de reizende foodie met smarthorloge verandert er vooral dit: de gadget blijft slim, maar slurpt voortaan minder stiekem data.
Minder spraakmakend? Zeker. Maar in 2025 heet dat gewoon veilig—en dát is toch best ironisch.
