• Bart
• On 26 februari 2016

Sony heeft op het Mobile World Congress een gloednieuwe telefoonlijn gepresenteerd: de X-serie. Deze zomer zullen de eerste X-toestellen op de markt komen, met voor elke prijscategorie wat wils. Op de beursvloer hadden we de kans om de Sony Xperia XA, de Sony Xperia X en de Sony Xperia X Performance voor het eerst in actie te zien.

Als we het alfabet erbij pakken, dan zou de X-lijn misschien minder zijn dan de high-end telefoons uit de Z-serie, maar niets blijkt minder waar. Begin deze week spraken we met een woordvoerder van Sony en die maakte duidelijk dat we de twee series absoluut niet mogelijk vergelijken. Hoe dan verder met die Z? Komt er een Z6? Nee, die komt er niet, zo laat Sony Nederland vanmiddag weten aan Draadbreuk.

Sony Xperia XA

Over dus naar de nieuwe reeks: de nieuwe X-lijn. ‘Kleinste’ telg in deze familie van drie is de Sony Xperia XA. Dat klein is overigens relatief, want ze doen het allemaal met een 5 inch scherm, maar op basis van de specs is de XA de minste. Het toestel valt vooral op door de zeer dunne bezels, oftewel de randjes langs het scherm. Ziet er zeer goed uit, maar ik vraag me af of je niet per ongeluk zaken gaat indrukken als je ‘m vastpakt. De XA gaat 299 euro kosten en dat merk je ook aan de specificaties. Zo is het 5 inch scherm slechts 720p en is de niet bijzonder krachtige MediaTek Helio P10-processor uit de kast getrokken om de boel aan te drijven. Met 2GB werkgeheugen, 16GB aan opslagruimte en 13 megapixel camera heb je in principe genoeg om mee uit de voeten te kunnen, maar in deze prijsklasse zijn er ook telefoons van misschien iets minder aansprekende fabrikanten met betere specs.

Sony Xperia X

De Xperia X is de middelste van het stel (adviesprijs 599 euro) en heeft gelukkig wel een full hd-scherm. Wat opvalt in tegenstelling tot de Z-lijn (ik maak de vergelijking lekker toch) is dat deze X het doet met een metale achterkant in plaats van glas. Een goede keuze als je het mij vraagt, want het maakt de telefoon iets minder fragiel en ook nog eens minder glibberig in je handen. Aan de voorkant heeft Sony aan de zijkanten een kleine bolling gemaakt in het scherm, wat er mooi uitziet. De boel draait op een Snapdragon 650-processor, 3GB aan werkgeheugen, 32GB opslagruimte en een 23 megapixel camera. Die cam heeft een niet uit te spreken techniek waar ze bij Sony nogal trots op waren: Predictive Hybrid Autofocus. Een ongekende marktingbullshitbingoterm, die erop neerkomt dat het toestel bewegingen weet te voorspellen en daar de focus op weet aan te passen. Uitkomst is – en dat werkte op de testopstelling op de beurs goed – dat foto’s van bewegende objecten altijd scherp zijn. Zo’n testopstelling werkt natuurlijk altijd lekker, maar het is de vraag hoe het uitpakt in het eggie. Iets om later te checken.

Sony Xperia X Performance

De X Performance is de duurste van het stel, gaat waarschijnlijk 699 euro kosten (nog niet helemaal zeker) en doet het ook met een 5 inch full hd-scherm. Het toestel is dankzij de Snapdragon 820-processor een stuk rapper dan de reguliere X, maar ook íetsje groter en zwaarder. Dat komt vooral omdat de X Performance, als enige van de drie, waterdicht is. Die waterbestendigheid was voorheen wat de Z-lijn van Sony uniek maakte, maar de vlieger gaat dus helaas niet op voor alle toestellen uit de X-serie. Overigens nog altijd geen gemiep met klepjes, dus de koptelefoon of oplader kan er probleemloos in. Dat opladen gaat met een ‘ouderwetse’ microUSB-kabel, want aan type C doen ze nog niet.

Sony Xperia X-toestellen komen deze zomer

Wanneer de Xperia X-lijn officieel in de winkels ligt is nog onduidelijk. Het moet deze zomer worden, maar of dat nou eind mei is of de tweede week van juni is nog een raadsel. Alle drie de toestellen zijn dan beschikbaar in vier verschillende kleuren lime goud, rose goud, wit en zwart, waarvan mijn voorkeur uitgaat naar die laatste.